Publicatie Vlinderbloemige gewassen voor meer koolstofopslag?

Verschillende gewassen hebben een verschillend potentieel voor koolstofopbouw. ILVO onderzocht binnen het EJP SOIL project CarboSeq de impact van vlinderbloemigen in de rotatie op de koolstofgehaltes in de bodem. De data kwam uit 30 Europese langetermijnveldproeven. Vlinderbloemige graangewassen - die specifiek geteeld worden voor hun zaden - zoals veldboon, sojaboon of kikkererwt in de rotatie bleken geen positieve impact te hebben op koolstofopbouw. Dit was duidelijk wél het geval voor vlinderbloemige voedergewassen - waarvan de volledige bovengrondse biomassa wordt geoogst - zoals luzerne, wikke, klaver of mengsels met klaver. Hoe groter het aandeel vlinderbloemige voedergewassen in de rotatie, hoe groter het potentieel.

Deze resultaten tonen het potentieel van vlinderbloemige voedergewassen om de bodemgezondheid te verbeteren en bij te dragen aan klimaatmitigatie. De studie levert bovendien een formule op om de veranderingen op nationale schaal in te schatten in bodemorganische koolstof als gevolg van meer vlinderbloemigen in de rotatie.

In deze studie werd er wel niet gekeken naar het gecombineerde effect van zaaddragende vlinderbloemigen met een daaropvolgende goedontwikkelde groenbedekker. Bij het opstellen van een doordachte rotatie zijn er uiteraard meerdere factoren die een rol spelen.